Juryrapport Gouden Penseel voor Willemien Min, 2002

En toen waren er het afgelopen jaar opeens twee boeken van haar hand, waar de jury met bewondering en plezier naar heeft gekeken. In het prentenboek Grijsje is de bij de Bomanssprookjes ingezette stilering met vaste hand doorgevoerd. De muis die zo graag gekleurd wil zijn, staat in haar ontevreden misluktheid breed uitgemeten op de zo goed als lege pagina’s, de dunne pootjes en staart in onhandige potloodlijnen aan het massieve lijf. De kaalslag maakt dat alle aandacht uitgaat naar de expressieve muizesnuit. Als je het iemand gunt om vrede met het bestaan te hebben, dan is het deze grijze treurmuis.
Het gevoel voor kleur en voor mise en page, de voortgaande stilering en het streven naar leger en kaler, het komt allemaal met kracht samen in ik schilder je in woorden. De poëzie van Hans Hagen is klein en voorzichtig, passend bij de ik-figuur die aan het woord is. Een kind is op weg in de grote wereld en durft niet goed. ‘Ik leef zo klein op school / zo binnen muren / in het harnas van mijn vel’. In het hoofd en in woorden is mogelijk wat in het echt nog te eng is, de gedachte aan de eigen verwekking door de ouders bijvoorbeeld komt als een schok. Willemien Min beziet de zoekende zinnen met liefde en verbindt ze via tere beelden tot een geheel. Door het knappe gebruik van slechts één – grijsblauwe – steunkleur die dromen en gedachten verbeeldt, weet ze met name de abstracte kant van de gedichten te vangen. Maar ook het kinderlijke, op de drempel van de volwassen wereld aarzelende dat Hagens poëzie hier kenmerkt, krijgt vorm. Zie het konijn Snuffie dat zo weerloos dood ligt te zijn, op zijn rug als het menselijk wezen dat hij voor de eigenaar ongetwijfeld is geweest. De voorpoten zijn gevouwen op de buik, de achterpoten steken heel precies over de vouw van de bladzijde heen. Dit boek is namelijk ook met uiterste zorg in elkaar gezet. En zo werd een hechte eenheid van tekst en illustratie tot een perfect uitgebalanceerd boek, precies het soort boek, waarvoor het Gouden Penseel bestemd is.
De Penseeljury 2002 bestond uit: Bregje Boonstra (voorzitter), Marieke Oomen, Anki Posthumus, Ger Schoolenaar en Ida Schuurman

