Juryrapport Gouden Griffel 2004
“Dong-kadong!
Dong –kadong!
De trom, de grote trom!”
Het is niet de eerste keer dat tromgeroffel wordt gebruikt om spanning op te bouwen. Maar in een boek zie je het niet vaak.
“Het klinkt als een hartslag.
Laag-kadong, diep-kadong, traag-kadong.”
De lokroep van de drum houdt de kinderen van dit zeer bijzondere verhaal in de ban. Vol spanning wachten zij af of de doodzieke drummer nog in staat zal zijn hen les te geven. “Links-kadong, rechts-kadong,” klinkt het onverwacht door de stilte. Dudu Addi lijkt hersteld. Onweerstaanbaar aangetrokken door de instrumenten, rennen de kinderen naar de trommels. Maar even plotseling herinneren ze zich de woorden van Dudu Addi.
“Onder de doeken staan zes nieuwe trommels.
Probeer te bedenken welke voor jou is.
Maar raak ze met geen vinger aan.”
Een schier onmogelijke opgave voor de jonge kinderen. Sidi, Lissa, Ten–Ten, Fatush, Hina en Oboo vertellen elk hun eigen authentieke verhaal waaruit de keuze blijkt voor de kleurige trommels, alle voorzien van een opmerkelijk icoon. Zes levenslessen over universele thema’s: lot en noodlot, moed en lafheid, trouw en ontrouw, geluk en verdriet worden in deze maanverlichte nacht verteld. Impliciet geeft Hagen wijze raad aan z’n lezers mee: “muziek tovert van alles tevoorschijn”, “de wijsheid woont niet in één huis”, “met een dichte mond vang je geen vliegen” en “denk na voor je iets doet”.
De verhalen zijn geschreven in heldere en korte zinnen die het boek ook toegankelijk maken voor moeilijk lezende kinderen. Het ritmische taalgebruik en de cadans van de korte zinnen maken dat het boek leest als een muziekstuk. De hoofdstukken eindigen spannend, hetgeen het doorlezen stimuleert. Het wensvervullende slot zal veel kinderen aanspreken.
Hans Hagen liet zich inspireren door verhalen uit Ghana, Sri Lanka, Mexico en Tanzania. In het nawoord verklaart hij welke verhalen echt gebeurd zijn, welke verzonnen en welke een combinatie van beide.
De meesterdrummer heeft de meesterschrijver gevonden. Het levensritme zit in het vel van de drum en de hartslag wordt hierdoor gedicteerd. De parallellen tussen de handelswijze van de drummer en de schrijver versterken elkaar. Ook de illustraties van Philip Hopman die voor dit boek apart op reis ging, zijn van een opmerkelijke schoonheid en passen perfect in het verhaal.
Als de kinderen net zo onder de indruk zijn van dit boek als de Griffeljury dan zullen velen het advies van Hagen uit het nawoord opvolgen. Word schrijver, muzikant of tekenaar. Daarmee kun je een belangrijke verteltraditie in ere houden. Voor de volgende generatie. En dat is Goud waard!
Cathy van Spierenburg, voorzitter van de jury